Kamer (III) [Chamber (III)]
1985
Installatie, 390 x 170 x 250 cm.
Materials: wood, mirror, neon lamp
Collection: Collection M HKA, Antwerp (Inv. no. BK005214).
De kamers van Jan Vercruysse nemen hun plaats in binnen de traditie van de ‘kunstkamer’, in de westerse kunstgeschiedenis het thema bij uitstek om te reflecteren over kunst. Het zijn kunstwerken die kunst impliceren. Met een zeker verwachtingspatroon benadert men deze doosachtige constructies, deze cultusplaatsen. Streng, monumentaal en rijkelijk aandoend door de mahoniehouten bekleding lijken ze ontvreemd uit een sacristie, een indruk die nog versterkt wordt door het halfduister interieur waarin een trap leidt naar een spiegelvlak dat enkel een leegte weerkaatst. Afgesneden van de omliggende ruimte en ontdaan van elke specifieke tijdelijkheid is deze kamer enkel een plaats, maar dan wel een plaats die men niet kan betreden, noch fysisch, noch mentaal. Als houders van de afwezigheid van het beeld zijn de kamers negatieve representatieruimten die lijnrecht tegenover de ‘kunstkamer’ en de tentoonstellingsruimte staan. In die zin duiden ze de niet-plaats van de kunst aan.